Interview met Hans van Kuijk

Hans van Kuijk is sportarts en verantwoordelijk voor het leefstijlcentrum van Anna Ziekenhuis in Geldrop, en adviseur van Je Leefstijl Als Medicijn. Hij is ook initiator van het project GezondDorp Leende, het leefstijlproject dat landelijke bekendheid verwierf en uitmondde in een boek. In dit interview met Amber Heijneman blikt hij terug op de bijzondere krachten die het project in zijn woonplaats losmaakte. Het is een voorbeeld voor de vele lokale projecten in buurten en gemeenschappen die momenteel door het hele land worden gestart.

Inspirerend verhaal 

In 2015 hoorde ik op een congres in Kaapstad een inspirerend verhaal. De Canadese arts Jay Wortman had een project gedaan op een eilandje boven Vancouver Island. Op dat eiland woont een relatief afgesloten gemeenschap van elfhonderd mensen. De bevolking zijn First Nations, afstammelingen van Inuit-achtige indianenstammen. In het verleden leefden zij van de visvangst en was het een sterk en gezond volk. In de jaren 40-50 werden ze vrijwel collectief werkloos door de opkomst van visserijrederijen. Tegelijkertijd deed de industriële voeding zijn intrede, en kwamen er supermarkten en fastfoodketens. Binnen een paar jaar ontstond een enorme toename van welvaartsaandoeningen zoals overgewicht, diabetes type 2 en hart- en vaatziekten.

Wortman zocht de dialoog met de bewoners van het eiland. Hoe kon het dat ze veertig jaar geleden een gezond volk waren, en nu met welvaartsproblemen kampten? Hij vertelde dat de verandering van voeding eraan ten grondslag kon liggen en stelde voor om daar gezamenlijk wat aan te doen.

Er werd gestart met voorlichting over voeding. Wat is gezonde voeding, hoe komen mensen eraan en wat betekent dat voor de omgeving? Als mensen willen veranderen moeten ook de winkels, supermarkten en restaurants daarop aangepast zijn. Anders krijgen de mensen het niet voor elkaar. Behalve de mensen werd dus ook de voedselketen met ondernemers en al meegenomen in het proces.

Goed voorbeeld doet goed volgen

Naar aanleiding van dat idee zijn wij gestart met GezondDorp in Leende. Leende is net klein genoeg om de kracht van de gemeenschap op dezelfde manier te kunnen benutten. Het dorp heeft 4.500 inwoners en maar één huisartsenpraktijk. Daar werkt huisarts Norbert van den Hurk, met wie ik het project heb opgezet. Door vanuit die praktijk te werken konden we het hele dorp bereiken.

Daarbij was het belangrijk dat de ondernemers meededen. We vroegen of ze mee wilden denken, welke bijdrage ze konden leveren en hoe ze het in hun bedrijfsvoering konden inpassen. De ondernemers werden aangesproken op hun ondernemerschap. We deden dat in de hele keten vanaf de boeren, tuinders, kwekers tot en met winkeliers, supermarkt en restaurants.

Groepsmotivatie

Het project GezondDorp is veel groter geworden dan wat wij hadden verwacht. We hadden gedacht een pilot te starten met maximaal 50 personen, zodat wij data konden verzamelen over het omgaan met leefstijlziektes. Maar in no time hadden we 250 mensen in de database. Daaromheen zat bovendien nog een hele groep gezinsleden, familieleden, vrienden en bekenden die zich niet bij ons lieten meten, maar die wel anders gingen leven. Er ontstonden spontane initiatieven in het dorp. Groepjes gingen met elkaar wandelen, mensen wisselden recepten uit, er kwamen kookgroepjes en men begonnen elkaar te helpen. Er ontstond groepsmotivatie.

Op Youtube staat een bekend filmpje over leiderschap, het filmpje van de ‘lone nut’, over een jongen met een blote buik die op een festival staat te dansen. We hebben het vaak gebruikt als metafoor voor wat er in Leende gebeurde. Er moet één iemand zijn die met iets bijzonders begint. Als die persoon geen navolging krijgt, blijft hij of zij de lone nut die iets vreemds doet. Maar als er een ‘first follower’ komt, kan een beweging ontstaan. Zoiets lijkt in Leende te hebben plaatsgevonden. Zonder dat we dat van tevoren zo hadden bedacht.

Koolhydraatarm

Norbert en ik zijn dorpsgenoten. Ik werk in het ziekenhuis in Geldrop en hij in de huisartsenpraktijk in Leende. We raakten voor het eerst over het project aan de praat tijdens een meerdaags artsencongres in het buitenland. We hebben er drie dagen lang in de pauzes en avonden over gesproken. Hij had een aantal bedenkingen waar ik voldoende weerwoord op kon geven. Ik was inmiddels goed ingelezen, had persoonlijke ervaringen en anderhalf jaar ervaring met patiëntengroepen. Bij terugkomst in Nederland hebben we een aantal keren bij mij thuis gegeten, zodat hij de koolhydraatarme voeding die ik voor het project voor ogen had, zelf kon proeven. Hij ontdekte dat het heel lekker was. Vervolgens is hij een soort ‘lone nut’ in zijn praktijk geworden.

Norbert heeft voorafgaand aan de zomervakantie voor alle medewerkers van de praktijk een boek gekocht, het boek dat we als basis zouden gebruiken: De Real Meal Revolutie van Tim Noakes. Veel medewerkers zijn niet alleen gaan lezen maar ook met de recepten aan de gang gegaan. Een aantal medewerkers met overgewicht begon af te vallen. Ze voelden zich goed en enthousiasmeerden elkaar.

Norbert was dan in zijn praktijk misschien de ‘lone nut’, hij heeft gezorgd dat er volgers kwamen door ze te prikkelen met dat boek. Vervolgens zijn ze gezamenlijk ervaringsdeskundigen geworden. Tegen de tijd dat wij in oktober de eerste informatieavond voor patiënten organiseerden was de praktijk ingelezen en ervaringsdeskundig. In de huisartsenpraktijk was een soort minigemeenschap gecreëerd, niet vanuit een theoretische aanpak maar op basis van gezamenlijk ervaren. Dat heeft heel goed gewerkt.

Praten met de bakker

Naast de informatieavonden voor de bewoners van Leende organiseerden we ondernemersavonden. Voor een slager of groenteboer was ons verhaal minder complex dan voor een bakker. Op voorhand waren we ons daarvan bewust, daarom ben ik drie weken voor de informatieavond op een rustig moment bij de bakker binnengestapt.

Ik heb de bakker gevraagd of hij een kwartiertje de tijd had omdat ik hem wilde vertellen over het GezondDorp-project dat we vanuit de huisartspraktijk gingen starten. Daarbij vertelde ik dat ik begreep dat het project voor hem als bakker bedreigend kon overkomen. Wij gingen de bewoners vertellen dat ze beter minder koolhydraten konden eten. Daar viel zijn hele assortiment onder. Om hem te ondersteunen had ik alles wat ik kon verzamelen aan recepten voor koolhydraatarme varianten van brood en gebak meegenomen. Op die manier had hij alvast een basis. Als hij vragen had kon hij me bellen. Tegen de tijd dat de eerste klanten binnenstapten met een vraag naar koolhydraatarm brood of gebak had hij daadwerkelijk wat te bieden.

Natuurlijk waren ze bij de bakkerij niet direct enthousiast, maar ze zijn er wel mee aan de gang gegaan. Na onze eerste informatieavond hadden ze in de bakkerij een apart schapje ingericht met koolhydraatarme varianten, passend bij GezondDorp.

Cafetaria ’t Klumpke

De cafetariahouder van cafetaria ’t Klumpke vond het in het begin helemaal niks. Hij bakte al jaren in ‘cholesterolverlagende olie’, dus dat kon niet beter, vond hij. Maar een aantal mensen om hem heen ging in het project meedoen. Tijdens de tweede ondernemersavond kwam de cafetariahouder naar me toe. Hij vertelde dat hij om zich heen veranderingen had gezien, en het voor zichzelf ook wilde proberen. Hij ging nadenken over hoe hij het in zijn snackbar kon toepassen. Maar dan moest ik hem wel helpen.

De volgende avond stond hij met twee geplastificeerde menukaarten voor mijn deur en wilde weten of het zo goed was. Hij had onderzocht in welke producten koolhydraten zaten en hoeveel. Hij had ook gekeken waarmee hij dat zou kunnen vervangen. De producten kwamen op de menukaart.

Doordat hij zelf zijn voeding aanpaste is hij veel gewicht kwijtgeraakt en heeft hij aan den lijve ervaren wat het doet. Wanneer mensen er vragen over hadden kon hij uitleg geven. Uiteindelijk heeft het project de bakkerij en snackbar winst opgeleverd. Ze konden naast hun oude assortiment wat extra’s toevoegen, passend in GezondDorp-aanpak. Een jaar later hadden ze allebei 25 à 30 procent meer omzet. Wat eruitziet als een bedreiging, kan ook een kans zijn.

GezondLand

Inmiddels, na ruim zes jaar, houden we geen bijeenkomsten over GezondDorp in Leende meer. Maar het project ‘leeft’ nog steeds. Veel mensen houden vast aan de andere voeding en meer beweging. De menukaart van de cafetaria is ook nog steeds in gebruik. Norbert van den Hurk werd in 2019 tot Leefstijlarts van het jaar uitgeroepen.

Ik denk dat het concept van GezondDorp op meer plaatsen toe te passen is: van GezondDorp naar een GezondLand. Dat is waar Wim Tilburgs in Helmond onder anderen mee bezig is. Hij brengt het in Helmond naar wijkniveau. Een wijk is eigenlijk een soort dorpje in de stad. Per wijk zullen er nuanceverschillen zijn, maar als je het op wijkniveau kunt introduceren, kan de hele stad daarvan profiteren. Een achterstandswijk zal om een andere uitvoering vragen dan een villawijk, maar de basisprincipes zullen redelijk overeen komen.

Norbert van den Hurk en ik komen allebei uit Leende. Veel mensen kennen ons van kind af aan. Wat wij organiseerden en vertelden over een gezonde leefstijl was kennelijk de trigger die een sneeuwbaleffect los kon maken. Per situatie zal dat anders zijn. In Rotterdam Zuid zal je bijvoorbeeld een andere ‘lone nut’ nodig hebben. In ieder geval moet er iets zijn dat mensen aanspreekt, waardoor een proces op gang komt. Dat is volgens mij een belangrijke succesfactor. 

Boeken


Aanverwante artikelen

No posts